Toen ik 46 was, werd ik geïnterviewd voor een glossy maandblad en op de vraag wat mijn grootste wens was, antwoordde ik: ‘oma worden’. Later hoorde ik dat de journalist mijn interview hardop had voorgelezen en dat de hele redactie in lachen was uitgebarsten. Wie wil er nu oma worden op haar 46ste? Tweeënhalf jaar geleden, ik was net 50, kwam mijn droom uit; onze zoon kreeg een kind. Zoals je, als je je eerste kind krijgt, geen idee hebt waar je aan begint, zo kun je je eigenlijk ook geen voorstelling maken van het krijgen van een kleinkind. Uiteraard leefde ik negen maanden mee. Ik bezocht met mijn schoondochter de praktijk van dokter Papa (zijn echte naam) om naar 3D-foto’s van onze kleinzoon te turen. We brachten een hele middag door bij de firma Bugaboo om de Rolls-Royce onder de kinderwagens uit te zoeken. En brainstormen over namen werd ons nieuwe familiespel. Maar hoe het werkelijk zou zijn om oma te worden, daarvan had ik geen idee. Mijn ideaalbeeld van het grootmoederschap hoefde niet bijgesteld te worden. Ons kleinkind is het mooiste, liefste, grappigste, slimste kind van de wereld. Het was verrukkelijk om weer een baby te hebben die je ongegeneerd kon knuffelen. (Op zijn blote buikje met je mond heel hard brrrrr doen, zodat hij keihard begon te schateren.) Nu is hij een klein mannetje dat dapper op Nikes maat 24 rondstapt, met steevast in zijn ene hand een brandweerauto, in zijn andere een ziekenwagen. Als hij mij ziet, roept-ie: ‘Oma, auto, oma auto!’ Daarmee bedoelt hij te zeggen dat hij met mij in de auto mee wil naar ons huis in Friesland. Hij vindt het rijden door de polder schitterend. Zit rechtop in zijn stoeltje uit het raam te kijken naar alle auto’s die we voorbijrijden. Zodra we in Friesland de afslag naar ons dorp hebben genomen en het landschap van snelwegen is overgegaan in weilanden, hoor ik vanaf de achterbank: ‘Paard! Koe! Molen!’
‘Een baby in de buik van mijn baby, ik hield het niet droog’
Mijn hart smelt. Alle clichés blijken waar. Je houdt evenveel van je kleinkind als van je kind, met dit verschil dat je geen verantwoordelijkheden meer hebt. Wel de lusten, niet de lasten. Veel idealer wordt het niet. In september aten we met het gezin in Restaurant Amsterdam vanwege de 26ste verjaardag van onze middelste dochter. Nadat ze alle cadeautjes had uitgepakt, kwam ze zelf met de grootste verrassing van de avond op de proppen; ze was zwanger. Haar zussen barstten in huilen uit, en hielden daar de rest van de avond niet meer mee op. Ik zei alleen, met stomheid geslagen: ‘Maar je drinkt wijn!’ Waarop ze antwoordde: ‘Nee hoor, het glas voor mijn neus staat er voor de sier, ik heb er de hele avond geen druppel uit gedronken.’ Vorige maand ging ik met mijn dochter mee naar de twaalfwekenecho. De echoscopist smeerde haar platte buik in met groene gel en zette er vervolgens een soort stofzuiger op waarmee ze kleine rondjes draaide. Op het grote scherm zagen we onmiddellijk de foetus: hoofdje, lijfje, twee beentjes en twee armpjes. De echoscopist zette heel even het geluid aan waardoor we het hartje van het baby’tje door de kamer hoorden kloppen. Een baby in de buik van mijn baby. Ik hield het niet droog. Daags erna sprak ik een oud-collega. Ze vertelde dat ze me volgde op Instagram en Facebook en dat het haar was opgevallen dat ik met regelmaat foto’s van mijn kleinzoontje postte. Of ik dat bewust deed. ‘Lijkt me wel’, zei ik, ‘die foto’s springen niet spontaan op mijn tijdlijn’. ‘Ben je niet bang dat je een ouwelijk imago krijgt, als je je grootmoederschap zo etaleert?’ Ik was stupéfait. Ouwelijk imago? Ik ben 53, geen dag ouder of jonger omdat ik een kleinkind heb. Het is heus niet zo dat als je een kleinkind krijgt, je haar spontaan in een grijze permanent transformeert en je Oroblupanty’s in steunkousen veranderen. Deze oma werkt fulltime, doet aan sport en gaat tot diep in de nacht met vriendinnen uit. Ik ben niet veranderd, mijn leven is niet veranderd, het is alleen verrijkt met het mooiste dat er bestaat: kleinkinderen.