Na lovende kritieken en uitverkochte voorstellingen is 40-45, de Musical inmiddels verlengd tot april 2025. Het spektakel is groot en staat in dienst van het verhaal en is met respect gemaakt. Het resultaat is krachtig en zeer indrukwekkend. Het verhaal gaat over twee broers (Soy Kroon en Dorian Bindels) die na het bombardement van Rotterdam elk een andere kant kiezen. Babette van Veen speelt (afwisselend met Renée Fokker) de moeder van de twee. Van Veen: ‘Ik hoop dat mensen zich realiseren dat het gevaar dat destijds op de loer lag, nog steeds soms op de loer ligt.’
1. Hoe is het om weer op het podium te staan?
"Enorm leuk. Ik wist eigenlijk niet goed waar ik aan begon. Ik had op mijn laptop een registratie gezien van de Belgische versie, en ook al doet dat de impact geen eer aan, toch was ik direct gegrepen door de muziek en de kans om zo’n grote productie te maken met zoveel mensen, dat was wat mij over de streep trok. Wanneer maak je dat nou mee?"
2. Wat geeft de rol je?
"Mijn rol is niet supergroot, maar het is wel een heel mooie sleutelrol waarvan ik het gevoel had dat ik er iets van kon maken. Daarbij wordt het verhaal met respect en integer verteld. Het is toch altijd spannend hoe iets uitpakt. Je stapt als acteur een productie in, een machine, en moet erop vertrouwen dat het goedkomt en dat ze het verhaal eer aandoen. Dat het zo goed is gelukt, dat is te gek!"
3. Een krachtig en vaak heftig verhaal, hoe is dat om als acteur dag-in-dag-uit te spelen?
"De hele repetitieperiode vond ik heel heftig. Ik kom uit 1968, wat wel even na de oorlog is, maar niet belachelijk lang. Uit mijn jeugd ken ik nog veel tv-series en documentaires over de oorlog. Dat was voor mij altijd iets angstaanjagends, groots en ongrijpbaar. Toen ik voor het eerst dagelijks in dezelfde symboliek zat, moest ik wel even slikken. Je speelt dingen en ziet mensen dingen spelen, waarvan je weet dat ze gebeurd zijn. Te gruwelijk om te begrijpen. Het is een gekke spagaat en het duurde echt wel een tijdje voordat ik scenes zonder tranen wegslikkend kon bekijken. Toch zie ik nog elke avond bij het publiek hoe het bij mij ook de eerste periode binnenkwam."
4. Slijt dat voor jezelf op een gegeven moment?
"Je gaat het op een gegeven moment wat technischer benaderen en je kunt het een plek geven. Nu focus ik me op de kans die ik krijg om dit mede te vertellen. En daarbij moet je ook nog eens je hoofd blijven gebruiken, want door de rijdende tribunes en complexe sets liep ik in het begin continu de verkeerde kant op! En dan niet één keer, maar de héle avond. Op het toneel heb je een referentiekader en ga je links of rechts het podium af, hier heb je zo’n tien ingangen. Ik heb normaliter echt een goed richtingsgevoel, als ik naar een nieuwe buitenlandse stad ga bijvoorbeeld, maar hier... het was hysterisch in het begin. Maar dat gaat nu inmiddels goed hoor!"
5. Hoe hoop je dat mensen de zaal verlaten?
"Het is in tegenstelling tot tv-werk erg mooi dat je direct een emotie uit de zaal oppikt. Het delen van emoties is prachtig. Ik hoop dat mensen zich realiseren dat het gevaar dat destijds op de loer lag, nog steeds soms op de loer ligt. Ik ben zelf iemand die kan denken: oh dat waait wel weer over. Maar het is denk ik belangrijk om waakzaam te blijven op wat er om je heen aan de hand is en of jij daar iets aan kunt doen."