Al ruim 6.000 jaar maken ambachtslui van klei onder meer vazen en figuren. De verfijning van het ontwerp en de kwaliteit van het vakmanschap waarmee vormen en glazuren gemaakt zijn, weerspiegelen de economische en esthetische normen van verschillende periodes in de geschiedenis. Zo biedt elk onderzoek naar de herkomst en kwaliteit van potten en aardewerk inzicht in de samenlevingen waarin ze zijn vervaardigd.
Geschiedenis
Neem De Porceleyne Fles, nu bekend als Royal Delft, dat sinds 1653 het complex versierde blauw-witte aardewerk produceert waar Delft beroemd om is geworden. Tot op de dag van vandaag wordt elk stuk – van de eenvoudigste tegel tot de meest rijkversierde vaas in Chinese stijl – nog steeds zorgvuldig met de hand vervaardigd in de fabriek.
'De Delftse aardewerkindustrie bracht in de 17e eeuw een goedkoper alternatief voor Chinees porselein'
Het is geen toeval dat Delfts Blauw veel lijkt op het beroemde Ming-porselein. In het begin van de 17e eeuw begon de Verenigde Oost-Indische Compagnie porselein uit de late Ming-periode naar Holland te importeren. De fantastische blauwe motieven op een hagelwitte achtergrond werden een rage. Maar de grondstof die ze in Azië gebruikten, was in Europa nog niet bekend en dus kon het porselein niet worden nagemaakt. Alleen welgestelde burgers konden het zich veroorloven om het Chinese porselein aan te schaffen. Daarom bracht de Delftse aardewerkindustrie al snel een goedkoper alternatief op de markt: Delfts Porceleyn. De pogingen van de plateelbakkerijen om het Chinese porselein te imiteren, resulteerden in een onderscheidend product dat op zichzelf beroemd werd. Halverwege de 17e eeuw waren er meer dan dertig fabrieken in de stad.
Delfts Porceleyn
Afhankelijk van de complexiteit van het ontwerp en de grootte van het stuk kon het beschilderen ervan enkele uren tot dagen duren. Elk stuk dat af was, kreeg op de onderkant de signatuur van de schilder en het logo van de fabriek. Vervolgens werden de creaties in een glazuurbad gedompeld. Dit gaf in eerste instantie een ondoorzichtige witte coating die later, tijdens de 'tweede stook' veranderde in een glanzend, transparant glazuur. In dit stadium nam het Delfts Blauw, dat aanvankelijk zwart leek, zijn uiteindelijke kleur aan. De ontwikkeling van dit proces vereiste tientallen jaren van experimenteren. Want terwijl de Chinezen werkten met prachtige witte porseleinklei, moesten wij het doen met grijsbruine aardewerkklei. De Delftenaren kozen er uiteindelijk voor om het aardewerk ongeglazuurd te bakken, het vervolgens te bedekken met kobaltblauw glazuur en het ten slotte een tweede keer te bakken.
Delfts Porceleyn was dus eigenlijk geen porselein. Daarvoor is namelijk de kleisoort kaolien nodig, die we niet hebben in Nederland. Met hun imitatie-porselein van Hollandse klei streefden Delftse bakkerijen ernaar het Chinese product zo dicht mogelijk te benaderen. En met succes, want hun verfijnde, luxueus uitgevoerde aardewerken product werd wereldwijd gezien als het beste alternatief voor het echte (export)porselein.
Wil je het hele verhaal van Delfts Blauw lezen? Check het in de nieuwe Elegance. Nu in de winkels!
- Jorrit Niels
- Royal Goedewaagen e.a.