Een heerlijke pasta gaat er altijd wel in. Maar wist je dat je pasta door een paar onschuldige fouten ineens heel anders kan smaken?
Je kookt alle pasta hetzelfde
Hoewel op de verpakking heel duidelijk staat hoe lang je pasta moet koken, doe je het toch op je eigen manier. Je ziet immers toch wel wanneer het kookt, toch? Helaas kan dit een groot verschil maken voor je pasta. Voor verse pasta is de kooktijd bijvoorbeeld veel korter, omdat het al veel vocht bevat. Binnen 2 tot 5 minuten is je pasta al klaar, terwijl de gedroogde variant vaak 6 tot 8 minuten nodig heeft.
Te weinig water
Je kunt een pan met water tot de helft vullen, maar dat is niet voldoende. Per 100 gram heb je ongeveer 1 liter water nodig. Gedroogde pasta neemt namelijk heel wat water op en bij het kookproces komt zetmeel vrij. Door zetmeel gaat je pasta aan elkaar kleven. Dit voorkom je door de pasta pas toe te voegen als het water kookt en af en toe te roeren.
Je voegt olie toe aan het kookwater
Olie lijkt het geheim om plakkende pasta te voorkomen, maar helaas is dit een fabel. Olie aan water toevoegen heeft helaas geen nut. Wat wel helpt, is het regelmatig doorroeren tijdens het koken. Hierdoor komt de pasta niet aan elkaar te zitten door het zetmeel.
Je gooit de pasta tegen de muur
Het leek altijd een handige kooktip: je gooit wat pasta tegen de muur en als het blijft kleven is het gaar. Helaas is dit niet waar, en zorgt het alleen voor vlekken op de muur. Als je pasta hierop gaat beoordelen, is de kans groot dat je pasta alsnog niet gaar is. Om ‘m alsnog al dente, oftewel beetgaar, te krijgen, is het belangrijk dat je de pasta niet te lang kookt. Het kookproces gaat namelijk ook door tijdens het afgieten van de pasta en wanneer je het bij de saus voegt. Houd hier dus ook rekening mee.
Bron: Kookfans | Beeld: iStock