/https%3A%2F%2Fs3.eu-central-1.amazonaws.com%2Fcontent-cdn.elegance.nl%2F2023%2F07%2Fzomerdepressie.jpg)
De winterblues kennen we al, maar ben je ook bekend met de zomerblues? In de zomer kunnen mensen zich ook neerslachtig en down voelen. We zetten op een rijtje hoe dit komt en hoe je een zomerdepressie kunt herkennen.
Zomerdepressie en zomerdip
Sombere gevoelens komen zeker niet alleen in de herfst en de winter voor. Ook in de zomer hebben veel mensen last van een seizoensgebonden depressie. Het komt weliswaar wat minder vaak voor dan in andere seizoenen, maar toch heeft één op de duizend Nederlanders er last van. De symptomen van een zomerdepressie zijn in principe hetzelfde als die van een ‘gewone’ depressie, maar het verschil is dat ze komen en gaan met het seizoen. Tijdens de zomer hebben mensen dan last van somberheid, slaaptekort, concentratieproblemen, overprikkeling en verlies van interesses.
Naast een zomerdepressie bestaat er ook nog zoiets als een zomerdip. Daar heeft ongeveer één op de driehonderd Nederlanders last van. De klachten die bij een zomerdip horen lijken op die van een zomerdepressie, maar zijn een stuk minder ernstig. Ook houdt een zomerdip meestal een aantal weken aan, terwijl een zomerdepressie een aantal maanden kan duren.
Verschillende oorzaken
Slechts nieuws voor vrouwen: onderzoek heeft aangetoond dat vooral vrouwen met seizoensgebonden depressies te maken krijgen. Waar een winterdepressie een duidelijke oorzaak heeft (tekort aan daglicht), is dat bij een zomerdepressie wat ingewikkelder. “Er wordt gedacht dat de schommeling in neurotransmitters, zoals serotonine en melatonine, de boosdoener kan zijn. Die wordt veroorzaakt door te veel zonlicht”, aldus psychologe April Aggarwal tegen Good Housekeeping. Andere mogelijke oorzaken voor een zomerdepressie zijn het veranderende leefritme van veel mensen, onzekerheid over hun lijf en de angst om leuke dingen te missen.
Langs de huisarts
Merk je dat je in de zomerperiode langer dan twee weken last hebt van de symptomen van een depressie? Dan is het een verstandig idee om langs de huisarts te gaan. Die kan je adviseren en indien nodig doorverwijzen naar een praktijkondersteuner of psycholoog.
Bron: Marie Claire | Beeld: Adobe Stock