Patricia Snels nieuwste is een adembenemende roman over drie wezen in de kinderkolonie van Veenhuizen. Karel en Lize komen terecht in een hard regime van tucht en discipline. Samen met de nieuw bevriende en al geharde Neeltje maken ze een plan: ontsnappen. "Het verhaal heeft mij gevonden en niet andersom. Ik ben slechts een doorgeefluik."
1. Hoe stuitte je op het verhaal van Karel en Lize
"Om de drukte van de stad te ontvluchten logeer ik om de maand nabij Veenhuizen, waar in de 19e eeuw door de Maatschappij van Weldadigheid een kinderkolonie was opgericht. Tijdens mijn wandelingen loop ik dan ook naar het vierde gesticht, een grasveldje waar duizenden wezen uit de kinderkolonie liggen begraven. Ik steek dan een kaarsje
voor ze aan bij de treurbeuk. Zomaar. Twee jaar geleden dacht ik: nu wil ik echt alles weten over de koloniën. Bij mijn research stuitte ik onder meer op het opgetekende verhaal van Karel Muller, De wees van Amsterdam. Hij werd met zijn zus Lize naar Veenhuizen gestuurd, nadat zijn moeder aan de tering was overleden en zijn vader krankzinnig was geworden. Ik was zo ontroerd en geïnspireerd en wist: ik moet Karels verhaal vertellen. En dat is uiteindelijk De vondeling van Veenhuizen geworden."
2. Op welke manier ga je dan vervolgens te werk?
"Er zit ongelooflijk veel research in en bijna alle personages zijn gebaseerd op mensen die hebben bestaan. Ik kocht alle boeken over de Maatschappij van Weldadigheid en de koloniën. Ik las eindeloos over het onderwerp, mijmerde erover, deed veldonderzoek, dook allerlei archieven in en sprak met historici. Hoe meer research ik deed, hoe meer die verborgen geschiedenis ging leven. Mijn verbeelding deed de rest, met Karels leven als uitgangspunt. Zijn verhaal heb ik tot leven gewekt."
3. Wat hoop je dat de lezer ‘meeneemt’ na het lezen van dit boek?
"Het is een hero’s journey. Karel en Lize staan er alleen voor. Door veerkracht, de hoop op een beter leven, maar vooral ook door de vriendschappen en de liefde, komen ze er doorheen. Aan de andere kant verhoogt dit boek hopelijk je bewustzijn over onze eigen geschiedenis. Eén op de zestien Nederlanders is nazaat van iemand uit de koloniën. Dus je kunt denken: goh, zo moet het dus voor mijn voorouders geweest zijn. Maar het belangrijkste is gewoon dat je, als je het boek weglegt, denkt: deze roman kan ik iedereen aanbevelen."
4. Welke ontdekking maakte het meeste indruk op je tijdens je research?
"Dat de wezen uit de kolonie van Veenhuizen toebehoren tot een stukje onderbelichte Nederlandse geschiedenis. Ze zaten opgesloten in niemandsland onder erbarmelijke omstandigheden: het terrein niet af mogen, met tachtig man op een zaaltje leven, slechte hygiëne, heimwee, ziektes en dood, hard werken, slecht eten, tucht en discipline. En de wezen waren de dupe van wat de hoge heren met veel wijn in theorie besloten. Met dit boek hoop ik wat licht te schijnen op deze verlaten kinderen van wie geen afbeeldingen en amper herinneringen bewaard zijn gebleven. Aangezien ik jarenlang over het vierde gesticht heb gelopen, was ik al die tijd vlak bij Karels zus Lize. Het verhaal heeft mij gevonden en niet andersom. Ik ben slechts een doorgeefluik."
5. Je verbleef ook maandenlang in de voormalige kinderkolonie, hoe onmisbaar was dat tijdens het schrijven?
"Ruim zes maanden zat ik opgesloten in het Oude Spinhuis, om de eenzaamheid te zoeken, te voelen en te ervaren, zoals de weeskinderen dat ook moeten hebben gehad. Ik keek uit op het derde gesticht, waar Lize Muller ook zat. Het voelde alsof ik bij de wezen was, hun leven beter kon verbeelden. Ik woon in hartje Amsterdam en de rust hielp mij, want in stilte werken de zintuigen beter. Het brein is als een glas modderwater, met al die prikkels. Zodra je je in de rust begeeft, zakken de deeltjes naar de bodem en wordt het helder. Het was essentieel voor het creatieve proces."
De Vondeling van Veenhuizen van Patricia Snel ligt vanaf 18 april in de winkel.
Teskt: Jorrit Niels | Beeld: Bonnita Postma