We kennen allemaal de tas met het bekende logo. Maar wat veel mensen niet weten is dat Louis Vuitton ooit begon als kofferbouwer en inpakker voor de bourgeoisie in het chique Parijs. En dat het legendarische logo pas een generatie later zijn intrede deed. Een korte geschiedenis van een iconisch modehuis.
Zwervend door Frankrijk
Louis Vuitton werd geboren op 4 augustus 1821 in een traditioneel arbeidersgezin. Hij groeide op in de Jura, een ruw en onherbergzaam gebied in het oosten van Frankrijk. Het vak van timmerman was hem door zijn vader doorgegeven en met enkel zijn gereedschap op zak verliet hij als veertienjarige zijn ouderlijk huis. Twee jaar lang zwierf hij door Frankrijk tot hij in Parijs aankwam en in de leer ging bij de beroemde kofferbouwer en inpakker Romain Maréchal, in de chique Madeleine-buurt. Al gauw stond Louis bekend als een van de beste vakmensen in zijn soort.
Maison Louis Vuitton
In 1854 opende hij zijn eigen ‘huis’ aan de 4 Rue Neuve des Capucines, vlak bij het Place Vendôme, waar toen al alle grote modehuizen zich hadden gevestigd. Louis noemde zichzelf een packer of fashion. Slim, want in de jaren rondom 1850 vereisten crinoline jurken en wijde rokken niet alleen de juiste koffers, maar ook de juiste inpaktechniek. Bovendien was Louis zijn tijd ver vooruit en bedacht hij een alternatief voor de enorm zware kisten waarin bagage destijds werd vervoerd. Hij ontwikkelde een speciaal soort canvas bedekt met een waterdichte coating. Daarbij veranderde hij het model van de reiskisten zo, dat de klep niet meer rond werd gemaakt, maar juist plat. Daarmee werd reizen en het vervoeren van bagage een stuk efficiënter.
Asnières
Nog geen vijf jaar na de oprichting van zijn huis vond Louis het tijd voor een nieuwe locatie. Hij koos ervoor zijn atelier te vestigen in Asnières, een dorpje aan de Seine, net buiten het drukke Parijs. Zo kon het hout dat hij gebruikte voor de koffers, eenvoudig worden afgeleverd per boot. Bovendien passeerde ook een van de eerste treinroutes naar de hoofdstad door het dorp, waarmee vervoer naar zijn winkel in Parijs snel en eenvoudig werd.
Een modern atelier
In tegenstelling tot zijn eerdere atelier was Asnières een verademing. Licht, ruim en voor die tijd uiterst modern. Vanaf het eerste moment werd het atelier het hart van het huis, waarvandaan reiskisten, bagage en later ook speciale bestellingen over de hele wereld werden vervoerd. En zelfs nu – 160 jaar later – is Asnières nog steeds de plek waar de meest iconische creaties van het huis worden vervaardigd. Van bijzondere lederwaren tot exclusieve orders, die op speciaal verzoek worden gecreëerd. Daarmee is het een plek waar het erfgoed van het merk samensmelt met de huidige kennis en technieken.
Van Damier tot Monogram
Louis Vuitton was zijn tijd ver vooruit, maar concurrenten volgden zijn voorbeeld al snel. Om zich te blijven onderscheiden ontwierp hij complexe designs, waarbij hij het grijze koffermateriaal verving voor gekleurde strepen en later een ruit die bekend stond als de Damier. In 1896 ontwierp zijn oudste zoon Georges-Louis de Monogram als eerbetoon aan zijn overleden vader. Een uniek ontwerp met in elkaar verweven initialen en bloemen gevangen in een open ruitvorm. Het ging de wereld over en werd gezien als het eerste symbool van luxury branding. De Monogram won zelfs verschillende prijzen tijdens de wereldtentoonstelling die eind negentiende eeuw werd gehouden in Parijs. Dezelfde tentoonstelling waar de Eiffeltoren en de beroemde inheemse dorpjes wereldwijd de aandacht trokken.
Atelier annex woning
Zodra Louis in 1859 het atelier liet bouwen in Asnières, besloot hij er ook meteen zijn familiehuis te laten neerzetten. Zo had hij werkplaats en familie dichtbij. Het huis werd boven op het atelier gebouwd en later uitgebreid en verbouwd in de voor die tijd zo bekende art nouveaustijl. Wie de ateliers nu bezoekt, zal het huis precies zo vinden als het er destijds uitzag. Met prachtige glas-in-loodramen, originele muur- en plafondschilderingen en meubels. De kinderen groeiden op met buitenspelen in de tuin en roeien op de Seine. Iets wat in het drukke Parijs nooit had gekund. Later leerden ze allemaal het vak in de omliggende ateliers.
Hout en leer
Als je de ateliers binnenloopt, snuif je bijna exact dezelfde geur op die Louis Vuitton meer dan honderd jaar geleden rook. Een mix van hout – populieren- en beukenhout en het exotische okume – dat gebruikt wordt voor het vervaardigen van de enorme koffers. En leer, dat al sinds jaar en dag wordt verwerkt in verschillende modellen tassen. Ook veel van het handwerk is niet veranderd de afgelopen eeuw. Zoals het oprekken van het canvas om het vervolgens op het hout vast te lijmen, en het inslaan van de spijkertjes. Natuurlijk is er door de jaren heen wel het een en ander veranderd op technisch gebied. Zo worden de stukken leer nu precies op maat gesneden met behulp van een computer, waardoor er weinig reststukken overblijven.
Unieke expositie
Vanuit de ateliers in Asnières presenteert het modehuis de Time Capsule-expositie, een reis langs de geschiedenis van Louis Vuitton, gepresenteerd aan de hand van hoogtepunten en innovaties op het gebied van design en techniek. De reis gaat langs het ontstaan van het merk in 1854 tot nu en wordt verteld aan de hand van zeldzame en unieke stukken die speciaal geselecteerd zijn uit het Louis Vuitton-archief.
Tekst: Hilde Veeren | Beeld: Louis Vuitton