Scène 1: 30 maart 2003. Het Rotterdamse Nieuwe Luxor Theater.
Een bekende musicalster speelt de hoofdrol van D’Artagnan in de nieuwe productie van Joop van den Ende: 3 Musketiers. Naast hem maakt een mooie, jonge tv-presentatrice haar musicaldebuut in de rol van zijn geliefde Constance. Ze blijken verwante zielen.
B: ‘Als mensen het hebben over de eerste ontmoeting met hun partner, zeggen ze vaak dat het was of ze hem of haar al jaren kenden. Benieuwd hoe lang die relatie gaat duren, dacht ik daar vroeger altijd cynisch achteraan. Maar tussen Tooske en mij was er meteen zo’n ongelofelijke vanzelfsprekendheid dat ik alleen maar kan zeggen: “Blijkbaar moest het zo zijn.”’ T: ‘Onze achtergronden vertonen ook opvallende gelijkenissen, al wisten we dat toen nog niet. We zijn allebei kinderen van ouders die nog steeds gelukkig zijn met elkaar, hebben elk twee oudere broers, en waren tijdens onze middelbareschooltijd al behoorlijk ondernemend. Bas in een bandje, ik in de feestcommissie. Vooral frappant is dat we daarna allebei een jaar hebben rondgetoerd met Up With People, een idealistische jongerenorganisatie die wereldwijd zang- en dansvoorstellingen verzorgt.’ B: ‘Dat zegt natuurlijk iets over onze hang naar optreden, naar publiek, maar vooral ook over onze idealistische inslag, vind ik. We hebben allebei een geloofsachtergrond, Toos Nederlands Hervormd, ik katholiek. Die kerk doet er niet eens zoveel toe. Het gaat om een bepaalde spirituele grondhouding. Het meest wezenlijke dat we delen is ons ontzag voor het leven.’ T: ‘Terwijl we ook doodleuk dingen deden waar niet veel diepgang aan te pas kwam. Jij maakte als jonge jongen internationaal carrière met de boyband Caught in the Act en ik deed op mijn negentiende mee aan de Miss Overijssel-verkiezing, met veel make-up en hoge hakken. We hebben een serieuze en een uitbundige kant.’ B: ‘De aantrekkingskracht was er direct, op alle fronten. Maar rond de première viel het kwartje, en daarna was er geen ontkomen meer aan.’
Scène 2 Zomer 2003. Het Nieuwe Luxor Theater in Rotterdam.
De tv-presentatrice en de zanger/acteur zitten diep in de problemen. De liefde haalt hun hele leven overhoop.
B: ‘Ik zat in een relatie die weliswaar niet meer lekker liep, maar we hadden wel een zoontje van anderhalf.’ T: ‘En ik was net een jaar getrouwd met een Amerikaanse acteur. Aan relatieproblemen was ik nog niet eens toegekomen, dus mijn verliefdheid overviel me totaal. Ik ben meteen in therapie gegaan.’ B: ‘Ik heb ook een therapeut gezocht. Even verward, uiteraard. Als er ooit een appèl is gedaan op mijn verantwoordelijkheidsgevoel, dan was het wel in die tijd. Ik kan me nog steeds verbazen als ik mensen gemakzuchtig hoor oordelen over een scheiding. “Nou ja, toen liet hij zijn vrouw en kind in de steek omdat hij een ander had…” Je hebt geen idéé wat er speelt in een relatie, denk ik altijd, en bovendien gaat het je niks aan. Scheiden doet pijn, punt uit. Het was ook geen spelletje tussen ons, zo van: “Als jij weggaat bij hem, ga ik weg bij haar.”’ T: ‘Integendeel. De eerste maanden stond alles in het teken van “mag niet, kan niet”. Alleen op het podium lieten we onze gevoelens de vrije loop.’ B: ‘Want als in het script staat dat je elkaar moet zoenen, dan is het niet echt.’ T: ‘Zolang we onszelf en elkaar dat maar wijs maakten, had het iets veiligs. Ook al was het voor de ogen van twaalfhonderd mensen.’ B: ‘Achteraf vind ik het vooral afschuwelijk. Ik wil kunnen zijn wie ik ben.’
‘Ik was net een jaar getrouwd. De verliefdheid overviel me totaal’ - Tooske
Scène 3 Najaar 2003. Een huurhuis in Amsterdam-Zuid.
De zanger-/acteur is die zomer al op zichzelf gaan wonen. Een paar maanden later trekt de tv-presentatrice bij hem in. Ineens heeft ze parttime zijn zoontje Sem onder haar hoede.
T: ‘Bij Bas hoorden een kind en een ex, zo simpel was het. Maar ik wist mijn hele leven al dat ik moeder wilde worden, dus de zorg voor zo’n klein ventje vond ik prachtig. En Bas was allang blij dat ik het prachtig vond. Hij is nu eenmaal geen enorme babyman. De papjes en de sapjes, consequent zijn, de klok in de gaten houden, daar ligt niet zijn grootste talent.’ B: ‘Terwijl jij geweldig bleek te kunnen organiseren. Vanaf dag één maakte je samen met mijn ex Laura alle schema’s. Op dat soort dingen kies je je vriendin natuurlijk niet uit, maar ik dacht wel: zo, dat kan ze dus ook. Het was echt een bonus.’ T: ‘Laura en ik dronken al snel onze eerste kop koffie samen. Daarmee legden we een basis voor het intensieve contact dat we nu nog steeds hebben. Het gaat goed, al weten we allemaal dat er altijd momenten zullen zijn waarop je van elkaar denkt: hier heb ik zó geen zin in.’ B: ‘Je ex is niet voor niets je ex. Er is blijkbaar iets basaals dat niet matcht. Waar het dan om gaat, is dat je op een fatsoenlijke manier met elkaar blijft omgaan.’ T: ‘En blijft beseffen dat er iemand is die helemaal niet om gedoe heeft gevraagd, en dat is dat kleine kind.’
[gallery columns="2" size="medium" ids="3189,3188"]
Scène 4: Kerstavond 2004. Een trottoir in Amsterdam-Zuid.
De zanger/acteur gedraagt zich al een paar dagen eigenaardig. Tijdens de Kerstnachtmis maakt hij het voor de tv-presentatrice echt te bont door bij de hostie-uitreiking zijn winterjas mee naar voren te nemen in plaats van hem even op het kerkbankje achter te laten.
T: ‘Wát een wantrouwen in de medemens, dacht ik. En dat zei ik ook, maar Bas reageerde met een slechte grap: “Vertrouwen is goed, zeker weten is beter.” Na afloop belandden we in een café. Bas ging bij de bar twee koppen warme chocolademelk met rum ging bestellen, maar eenmaal terug bij ons tafeltje bleek zijn eigen kop al leeg te zijn. Hij wilde weg, naar buiten, dus liepen we al snel over de Johannes Verhulststraat, waar een huis stond dat we graag wilden kopen. Precies aan de overkant stopte hij, in de regen, ging op zijn knieën en haalde uit de zak van zijn winterjas een doosje met een vette knoeperd van een verlovingsring. Ineens doorzag ik alle gekkigheid, en ik zei meteen ja.’ B: ‘“Kijk nou naar die ring”, riep ik nog. “Ik heb er zoveel moeite voor gedaan!”’ T: ‘Hij wás ook mooi, maar op dat moment had ik alleen oog voor jou.’
Scène 5: 25 juni 2005. Een kasteeltje in Mougins, Zuid-Frankrijk.
De tv-presentatrice en de zanger/acteur trouwen. Op hun eigen manier, en alleen omringd door hun familie en beste vrienden.
B: ‘We waren met 25 mensen. Heel klein dus, maar iedereen bleef wel een lang weekend. Kort daarvoor was er nog zo’n showbizzbruiloft geweest die uitgebreid de bladen had gehaald. Dat wilden we dus niet.’ T: ‘Ons huwelijk werd ingezegend door een uitgetreden pastoor met wie we in Nederland al uitgebreid hadden gepraat over het geloof. Dat voelde goed.’ B: ‘Het was bloedheet en Toos zag er bloedmooi uit.’ T: ‘Bij mijn eerste huwelijk droeg ik een antracietkleurige jurk. Het was allemaal sober en ingetogen, ook omdat de broer van mijn eerste man kort daarvoor plotseling was overleden aan een hartstilstand. Wist ik veel dat ik dat nog een keer zou moeten meemaken. In feite voelde die hele relatie zwaar. Met Bas was het vrolijk, ontspannen. Ik heb echt feest gevierd in de grootste witte jurk die ik maar had kunnen vinden.’ B: ‘“God only knows” van The Beach Boys was ons trouwliedje. Een mooie ode aan de liefde en de grootsheid van het leven, en toch heel luchtig. Dat past bij ons. We willen geen oppervlakkigheid, maar we houden het wel graag licht.’
'Je ex is niet voor niets je ex. Blijkbaar is er iets basaals dat niet matcht’ - Bastiaan
Scène 6: Zomer 2006. Het favoriete huis aan de Amsterdamse Johannes Verhulststraat.
De zanger/acteur weet een gehoopte muzikale solocarrière niet van de grond te krijgen, maar speelt wel steeds vaker hoofdrollen in films en tv-producties. De tv-presentatrice draait uitstekend, eerst bij de AVRO en vervolgens bij haar nieuwe werkgever SBS. Bovendien heeft ze succes met de Duitse versie van Idols. Toch is ook haar geluk niet volmaakt: ze wil een kind.
B: ‘Ik was natuurlijk al vader, dus bij mij was de drang iets minder hevig, maar de maanden na onze bruiloft herinner ik me als bijzonder spannend.’ T: ‘Zeg maar gerust dat elke maand er een te veel was. Na een half jaar dacht ik al: nou zal je toch zien dat het allerliefste wat ik wil me niet gegund is. Weinig relaxt allemaal. Tot ik voor een AVRO-programma naar Italië moest en over tijd bleek. Eenmaal thuis deed ik acuut een test, en hoera: de vlag kon uit. Voor mij dan. Wie Bas de afgelopen tijd een beetje heeft gevolgd, weet dat zijn zakelijke succes voor een belangrijk deel is gebaseerd op zijn weerzin tegen zwangerschappen. Al begon dat pas in 2010.’ B: ‘Ho ho, ik was wèl onwijs blij. Maar zo’n zwangerschap is inderdaad vreselijk, geen bal aan. En ik kan het weten, want we hebben in vier jaar drie kinderen gekregen. Vroeg naar bed, weinig seks, geen drank. Nou ja, ík dronk in die maanden natuurlijk dubbel.’ T: ‘Het heeft ook met concurrentie te maken, denk ik. Tot dantoe was Bas heel belangrijk in mijn leven, en ineens kreeg hij minder aandacht.’ B: ‘Volgens mij is het vooral de omslag. Je komt terecht in een hutjemutjemoltondekensfeer. En als het kind er eenmaal is, wordt dat alleen nog maar erger. Geloof mij, negentig procent van de mannen heeft niks met baby’s. Plus twintig procent van de vrouwen, maar die durven dat al helemaal niet toe te geven.’ T: ‘Ik begrijp Bas vanaf dag één volkomen, dus ik weet dat dit soort teksten niets zegt over hoeveel hij van mij dan wel zijn kinderen houdt. Bovendien vind ik de eerste periode na de geboorte zelf ook loodzwaar. “Je gaat net niet dood”, zeg ik altijd tegen vriendinnen.’ B: ‘Als het echt zo vreselijk was geweest, waren we uiteraard allang uit elkaar. Eigenlijk vind ik het vooral leuk om dat hypocriete rozewolkgedoe te doorbreken en te vertellen hoe het ouderschap echt is. Okay, met de nodige ironische overdrijving. Voorlopig heb ik stof genoeg.’
Scène 7: 30 augustus 2007. Het huis aan de Amsterdamse Johannes Verhulststraat.
Heel Nederland wordt opgeschrikt door een afschuwelijk bericht: acteur Roef Ragas is overleden aan een hartstilstand. De zanger/acteur moet zijn oudste broer missen. Zijn verdriet is kolossaal.
B: ‘In een goede relatie deel je intimiteit, maar heb je allebei ook je eigen pad, je eigen ontwikkeling. Je hoeft niet alles te delen. Er zijn zelfs dingen die je niet delen kunt, zoals verdriet. Toos kende ik vier jaar, maar Roef alle 36 jaren van mijn leven. Hij was volstrekt verweven met wie ik ben. Toen dat wegviel, was het niet eens zo heel boeiend wat Toos daarvan vond.’ T: ‘Troosten ging ook helemaal niet. Ik kon alleen proberen er voor Bas te zijn, en hem de praktische klussen uit handen nemen. Gewoonlijk zet hij de vuilnis buiten, toen deed ik het. Wat kon hem die vuilnis schelen? Zijn broer was dood.’ B: ‘Ik was letterlijk uit het lood geslagen, moest me vasthouden aan de leuning als ik de trap afliep. Toos was net voor de tweede keer zwanger, dus we zaten allebei wel op een andere planeet. Al zijn we elkaar geen moment kwijtgeraakt. Die band was er gewoon. Mijn vertrouwen in het leven heeft ook nooit gewankeld. Als doodgaan het ergste is wat je kan gebeuren, dan wordt al het andere alleen maar mooier.’ T: ‘Bas droomt nog regelmatig over Roef, en vertelt dat ook. Roef blijft onderdeel van ons verhaal.’
Scène 8: 3 februari 2012. De schouwburg in Amstelveen.
De zanger/acteur heeft in de voorgaande maanden zijn debuut gemaakt als schrijver én als theaterproducent. Met de voorstelling Help! Ik heb mijn vrouw zwanger maakt, waarin hij zelf de mannelijke hoofdrol vervult, trekt hij volle zalen. Dan blijkt tegenspeelster Dorien Haan zwanger. Even dreigt er paniek, maar al snel dient zich een ideale vervangster aan.
B: ‘Negentig voorstellingen hadden we in totaal, wat betekende dat ik een half jaar lang vier avonden per week van huis zou zijn. Ik vond het alleen al geweldig dat Toos me die ruimte gaf, maar ik was helemaal opgelucht toen zij besloot om samen met Anne Lamsvelt Doriens rol over te nemen. Het was ook heerlijk om na al die jaren weer samen te spelen. Allebei iets ouder, met meer bagage in onze rugzak, en toch voelde het weer precies even fijn. Hoewel het een totaal ander stuk is, met andere personages. Tooske scheldt en schreeuwt en tiert in haar rol. Dat zul je haar in het dagelijks leven nooit zien doen.’ T: ‘Met de jaren vind ik het leven alleen maar fijner worden. Relaxter vooral. Ik heb ook weer vaker energie voor leuke dingen dan toen de kinderen heel klein waren.’ B: ‘Ik vind dit ook een prettige levensfase. Je kunt alles doen wat je wilt. Als je op je dertigste zegt dat je theater wilt gaan produceren, is de reactie al gauw: “Ja hoor!” Nu word je makkelijker voor vol aangezien. Ik ben ook minder onrustig.’ T: ‘Dat herken ik.’ B: ‘Schei uit zeg, als jij nóg rustiger wordt, beland je in een soort permafrost.’ T: ‘Toch vertik ik het vaker om me ergens druk om te maken. En doe nou niet alsof er geen beweging in me te krijgen is. Ik barst nog altijd van de dadendrang.’ B: ‘Klopt. En dat herken ik dan weer.’
Scène 9 Zomer 2012. Een villa in een dorp bij Haarlem.
De theaterproducent/schrijver is druk met de voorbereidingen van zijn theaterproductie Haantjes, en er staat een tweede boek op stapel. Intussen ligt haar tv-werk ook niet stil. Om in balans te blijven, en voor hun kinderen, zijn ze verhuisd naar een rustiger locatie. T: ‘Bas is opgegroeid in Lisse, en ik woonde als kind in Zwolle. Slootjes, kikkertjes, veldbloemen en eindeloos buiten spelen. Dat wilde ik voor onze kinderen ook.’ B: ‘Daarbij is Amsterdam Oud-zuid de afgelopen tien jaar volledig ge-PC-ficeerd. Normale winkels zijn er bijna niet meer. Je hebt alleen een groentejuwelier, een traiteur, en voor de rest modezaken. Het moet je liggen, denk ik dan. Waar we nu wonen, vind je weer ander volk. Mensen die liever in een oude Volvo rijden dan in de nieuwste SUV met geblindeerde ramen. En allemaal boven de veertig of onder de tien.’ T: ‘Hallo, ik ben 38, mag ik dat even opmerken?!’ B: ‘Ja ja. Maar we willen hier graag oud worden, toch?’
Bastiaan en Tooske Bastiaan Johannes Ragas is op 30 juni 1971 geboren in Lisse. In 1990 wordt hij lid van de boyband Caught in the Act. Tien jaar later krijgt hij de hoofdrol in de musical Aïda. Ragas is op het toneel te zien in Bedrog van Harold Pinter. In 2011 publiceert hij de bestseller Maar je krijgt er wel heel veel voor terug. Ook produceert hij zijn eerste toneelstuk Help! Ik heb mijn vrouw zwanger gemaakt, dat in reprise gaat. Ook verschijnt zijn tweede boek: Papa is heel even aan de telefoon.
Antonia Grietje Ragas-Breugem is op 3 juni 1974 geboren in Zwolle. In 1996 wordt ze Miss Overijssel. Twee jaar later voltooit ze haar studie Engels aan de Universiteit Utrecht, waarna ze VJ wordt bij TMF en MTV. In 2002 presenteert ze Idols, samen met -Reinout Oerlemans. Via Yorin en RTL belandt ze bij de AVRO. In 2006 stapt ze over naar SBS.